jorisenanne.reismee.nl

Flying home for Christmas!

Lieve lezers,

Dit is alweer ons laatste blog. De weken zijn voorbij gevlogen, we kunnen haast niet bevatten dat we over een paar uur écht in het vliegtuig naar huis stappen. Iets waar we erg naar uit kijken, maar het is toch ook jammer dat het voorbij is. Een jaar hebben we toegeleefd naar deze reis en het is over voor je er erg in hebt!
Wat een mooie, leuke, bizarre, grappige dingen hebben we meegemaakt. Veel hebben we geprobeerd met jullie te delen. Andere verhalen volgen thuis.

Helaas is ons dagje strand toch weer in het water gevallen, maar gelukkig is Sydney een wereldstad van formaat waar we ons weer prima vermaakt hebben, ook al hebben we 3 jaar geleden ook een week hier doorgebracht.

Als afscheid aan the land Down Under een paar vanonze typischAussie bevindingen...
'No worries mate'. Gratis musea. Overal gratis gas BBQ's. Brede lanen, aangelegde steden volgens Amerikaans model. Bizarre dieren: kangaroos daargelaten, denk aan de slangen en spinnen (brr). Cricket dat weken duurt. Australian rules Football, rugby maar dan NOG harder. Alles is groot, groter, grootst (zie onze supermarkt fotosessie).
Prachtige natuur, van ruige Outback tot zachte zandstranden en immense steden.
Geïnteresseerde Aussies, willen altijd weten waar je vandaan komt, hoe het met je gaaten wat je van hun land vind.

Ta! Dag Australia, tot een volgende keer.

Op naar de sneeuw..

X
Anne en Joris

Mr. Blue Sky

Lieve lezers,

Zoals al vaker het geval was tijdens onze reis, draaide het ook de afgelopen weken weer om Het Weer. Laat de zon zich nog zien? Het leek er na Brisbane niet op. Vijf dagen regende het bijna aan één stuk. Langs de hele Oostkust was het verschrikkelijk weer en in het binnenland zijn er op meerdere plekken behoorlijke overstromingen geweest. Bij de Costa Brava-achtige Gold Coast van Queensland hebben we dus geen strand gezien, maar de tijd doorgebracht in de enorme shopping malls die de regio rijk is. En veel DVD's gehuurd, ook best relaxt. Maar slecht weer is wel funest voor ons humeur. Gelukkig dus dat het uiteindelijk weer opklaarde en we vorige week zowaar nog op het strand hebben gelegen in Coffs Harbour! Nog even onze bruine koppen bijwerken

Tongue out


Voor Coffs Harbour zaten we in Byron Bay, het Oostelijkste punt van Australië. Byron Bay is een totaal ander stranddorp in vergelijking met de rest van de Australische strandplaatsen. De Lonely Planet gaf aan dat als je hier wat langer blijft vanzelf dreadlocks laat groeien, kortom een typisch hippieoord met geinige frutsel-wierook winkeltjes waar de tye-dye kleding hoogtij viert. Echter vinden wij dat het niet hoeft te betekenen dat je je niet meer wast als je hier wat langer woont...bah.

Omdat we voorliepen op ons ruime reisschema en het weer zo verraderlijk was, besloten we nog naar Canberra te gaan, de hoofdstad. Canberra is een echte ambtenarenstad. We kwamen afgelopen zondag aan in een schijnbaar uitgestorven stad. De stad is erg ruim opgezet, wat betekent dat het lopend niet echt te doen is om alle bezienswaardigheden te bekijken. Maar daar hebben ze iets op gevonden: je kan namelijk bij elk museum gratis parkeren. Perfect! Verder is het erg modern en zijn er zo veel mooie musea dat we ons hier prima hebben vermaakt. Vooral het War Memorial Museum was erg indrukwekkend en groot. Na vier uur ronddwalen, verdeeld over twee dagen waren we eigenlijk nog niet klaar!

Morgen rijden we al weer terug naar Sydney, een ritje van 3 uur. Dan leveren we de auto in en hopen we dat het heerlijke weer nog even aanhoudt, zodat we een dagje op Bondi Beach kunnen liggen. Nog wat laatste souvenirs shoppen en proberen alles weer in onze koffers te krijgen (een uitdaging van formaat) en dan stappen we in de A380 richting Dubai. Zaterdag landen we om kwart voor 1 op Schiphol, waarschijnlijk doodop maar nu al zo blij om weer thuis te zijn!

Tot snel!
Liefs,
Anne en Joris

Heal the world

Lieve lezers,

Vanuit het druilerige Brisbane laten wij weer even van ons horen. Vandaag begint de zomer in Australië! Bij jullie is het vandaag officieel winter en erg koud begrijpen we uit de mailtjes. Brrr, we moeten er nog even niet aan denken. Gister wist de weerman hier ons te vertellen dat het de natste lente ooit is geweest in Queensland. Fijn.

Undecided


Inmiddels rijden we in een nieuwe huurauto. Na een behoorlijke steenslag in de voorruit en daaropvolgend telefoontje met Hertz mochten we de auto ruilen. Dus sinds Rockhampton rijden we nu in een babyblauwe Toyata Camry, een heerlijk degelijke gezinsauto. Prima!

In twee weken tijd hebben we weer van alles gezien en gedaan. In Bundaberg hebben we de Bundaberg rumfabriek bezocht. Een enorm complex waar we door een iets te vrolijk stel Australische tourguides werden rondgeleid. Slechte, ingestudeerde grapjes inbegrepen. Wel erg indrukwekkend; zo groot! 16 opslagruimten ter waarde van een slordige 600 miljoen dollar. En de twee gratis drankjes waren natuurlijk erg smakelijk.

In het nabijgelegen Mon Repos conservation park hebben we de beste 10 dollar tot nu toe besteed: we hebben een avond op het strand gekeken hoe een zeeschildpad haar eitjes legde. Heel bijzonder om mee te maken. Haar schild had een diameter van 1 meter, pas van dichtbij besef je hoe groot ze echt zijn. Ze legde 148 eitjes die we vervolgens onder leiding van Shane, de park ranger, hebben verlegd omdat ze te dicht bij de watergrens lagen en anders weg zouden spoelen. Na ongeveer 8 weken komen de eitjes uit en vinden de mini schildpadjes zelf hun weg naar de zee, waar ze verdwijnen om 17 jaar later pas weer terug te komen naar Australische wateren. Als ze rond de 30 jaar zijn komen de vrouwtjes terug naar het strand waar ze geboren zijn. Helaas overleefd slechts 1 op de 1000 schildpadjes het harde leven in de ‘Big Blue'. Ruim twee uur hebben we doorgebracht op het strand, wat een ervaring!

Een week geleden werd het eindelijk beter weer en zaten we in Hervey Bay, vertrekpunt voor Fraser Island. Fraser is het grootste zandeiland ter wereld, waar gek genoeg toch een enorm regenwoud op weet te groeien. Toen bleek dat de enige twee beschikbare opties waren om in een touringcar met 40 andere toeristen te stappen óf een Hummer tour met slechts 4 personen te doen..kozen we, of course, voor de travel in style optie.
Wink

We werden donderdagochtend opgepikt door de vrolijke, praatgrage chauffeur/gids Simon. Samen met de Britse Simon (twee Simons! Siem was in gedachten bij ons zeker?) en zijn vrouw Jill stapten we in de witte Hummer. Op Fraser zijn geen verharde wegen en al gauw stuiterden we de zandpaden af richting onze eerste stop. Na een wandeling door het regenwoud werden we opgewacht met een echte Aussie morning tea; chocoladetaart met thee en koekjes. Kijk, daar kunnen wij wel aan wennen!
Een geweldige rit over het strand volgde. Opeens rijd je op het strand, door de branding, langs een vliegtuig dat daar net geland is..bizar. We stopten bij alle bekende trekpleisters, het Maheno scheepswrak dat daar al sinds 1930 ligt en Eli Creek waar je door kristalhelder water kan waden. Bij Lake McKenzie hebben we een uurtje op het strand gelegen. Gek genoeg was dit zoetwatermeer het mooiste tropische strand dat we tot nu toe hebben gezien op onze reis. We sloten de dag af met champagne en bonbons.. nogmaals, daar kunnen wij wel aan wennen!

Eergisteren hebben we de dag doorgebracht bij de absolute must-do: Australia Zoo, bekend van Steve Irwin, de Crocodile Hunter..crikey! We hadden zo onze verwachtingen, op TV zie je al de shows die ze daar geven met krokodillen, maar onze verwachtingen zijn echt meer dan overtroffen. Dit is geen dierentuin, dit is een interactief dier/mens marketingconcept met een sterke heal-the-world en politiek correcte global warming boodschap. En niet eens op een vervelende manier! Wat een prachtige Zoo. Ruim opgezet en zo veel mogelijkheden om heel dicht bij de dieren te komen. We hebben olifanten gevoerd, kangaroos geaaid, roofvogels zien vliegen, tijgers zien zwemmen, springen en klimmen (echt!). En natuurlijk crocs in actie gezien. Een super dag. Natuurlijk hebben we nutteloze toeristenmeuk gekocht waarvan de opbrengsten gebruikt worden om de tijger van uitsterven te behoeden. Dat doen we graag.
Laughing


Nu zitten we in Brisbane, een leuke, standaard Australische stad met botanical gardens, malls, wolkenkrabbers en veel recreatie bij de rivier . Het is lekker om weer even in een stad te zijn, we zijn toch echt stadsmensen. Heerlijk, al die bedrijvigheid! We missen ons mooie stadsie Utreg.
Frown

Nu de resterende weken langzaam overgaan in dagen, denken we steeds meer aan thuis. We zien er erg naar uit om iedereen weer te zien! Borrelen met vrienden, kerst met de familie, fijn! Die gedachte wordt wel een beetje overschaduwd door de realiteit: weer een verhuizing én we moeten heel snel werk zien te vinden. Ja, we weten waar we aan begonnen zijn.. Nu dus nog maar even hard genieten van de laatste weekjes en de zon, die zich vast nog wel even zal laten zien.

Veel liefs,
Anne en Joris

PS: fijne Sinterklaas! Bewaren jullie wat speculaas en pepernoten?? Lekkerrrr

Touch the sky

Hallo Nederland!

Een week verder en we hebben weer zo veel beleefd. Even bijpraten..

Wink


Na Mission Beach sloeg het weer om en helaas hebben we de laatste dagen heel veel regen gehad. Geen tropische regen zoals men hier gewend is, maar ordinaire miezerregen. Maar dan wel de hele dag door. Bah. Daarvoor zijn we niet in tropisch Australië ja!
Goed, genoeg geklaag over het weer (onze Nederlandse roots blijven we trouw, zoals jullie merken).

In de relatief grote stad Townsville hebben we een paar dagen genoten van een prachtige cabin die zeer luxe en modern was ingericht. De meeste cabins waar we slapen zijn ergens in de jaren '70 neergezet en hebben nog dat decor (niet de nieuwe, hippe vintage look, gewoon lelijk). Deze cabin was echter duidelijk gerenoveerd en er was een DVD-speler! We hebben nu inderdaad het punt van lang-reizen bereikt dat we dat soort triviale dingen heel belangrijk vinden. Heerlijk om gewoon weer even wat filmpjes te kijken op de bank.

Vanuit Townsville zijn we een dag naar Magnetic Island geweest met de ferry. Tijdens een wandeling zagen we een heuse koala in de boom! Het blijft tof om al die 'wilde' dieren hier zo in de natuur tegen te komen (behalve de spinnen dan).

Townsville is ook de thuisstad van het A-league voetbalteam North Queensland Fury. Joor had al voor aanvang van onze reis het voornemen een voetbalwedstrijd bij te wonen in Australië, liefst bij Melbourne Heart, maar die speelden helaas niet toen wij daar waren. Hier konden we naar de wedstrijd NQ Fury - Melbourne Heart dus dat deden we.
Voetbal is hier duidelijk een nieuwe, opkomende sport, want toen we gingen informeren bij de Visitor's Information Centre wisten de dames daar niet hoe ze aan kaartjes moesten komen. We werden meegenomen naar de balie van de lokale rugby club want die bleken gelinkt te zijn aan het voetbal. Ook daar was men enthousiast over het feit dat wij kaartjes wilden kopen voor NQ Fury, want elke extra supporter wordt hier toegejuicht.. Het verbaasde ons dus niet dat we uiteindelijk met slechts 2800 andere mensen vanuit een meer dan halfleeg, onoverdekt stadion kwamen kijken naar een wedstrijd à la NEC - Sparta (sorry Ruub). We hadden ook niet veel meer verwacht en het was, misschien wel vooral vanwege de kneuterigheid, erg leuk om bij te wonen. We zaten, heel Australisch, op een grasheuvel aan de korte kant. Nog nooit zo goed zicht gehad op een voetbalwedstrijd! Hooligans hebben ze in Australië ook; een delegatie van zo'n 30 man schreeuwde de mannen dezelfde liederen toe die wij ook in Nederlandse varianten kennen. Hier is het: 'You're a wanker!' in plaats van 'Je moeder is een hoer!'.
Stiekem waren we toch wel meer voor Melbourne Heart, een verNederlandste club met John van 't Schip als trainert en Rutger Worm en Gerald Sibon als de grote sterren. Sibon scoorde een fantastische goal en Melbourne Heart won uiteindelijk ook. Na afloop is Joor nog naar hem toegelopen om te vragen of hij z'n shirt mocht hebben.. maar helaas. Waarschijnlijk moest het gewoon weer gewassen worden voor de volgende wedstrijd.

Na Townsville zijn we doorgereden naar Airlie Beach, dé vertrekhaven voor alle tours naar de Whitsunday eilanden. De Whitsundays is een groep van 74 (natuuurlijk zeer idyllische) eilanden die grenzen aan het Great Barrier Reef. Erg mooi en natuurlijk wilden we hier wel het een en ander van zien. Met de slechte weersvooruitzichten in gedachten hebben we onze dagtripjes wat later geboekt en dus een paar dagen in Airlie in de regen genikst. Gisteren zijn we de hele dag op het water geweest. Het was volledig en zwaar bewolkt maar gelukkig hebben we bijna geen regen gehad. We hebben gesnorkeld en zagen enorme vissen, een beetje eng zelfs. De belangrijkste stop was bij Whitehaven Beach op Whitsunday Island. Dit enorme, uitgestrekte parelwitte strand wordt steevast uitgeroepen tot een van de mooiste stranden ter wereld (goeie marketing) en ja, het is prachtig, ook zonder zon.

Vanochtend was het tijd voor de coolste trip van de reis. Iets dat we heel graag wilden en ook op deze plek: vliegen boven het rif! Met een watervliegtuigje van Air Whitsunday hebben we een vlucht van anderhalf uur gemaakt over de eilanden, tot aan het verste puntje van het rif, langs het bekende Heart Reef en met een touch & go landing op het water. Zo tof! Niet in woorden uit te drukken hoe cool en mooi dat was. We hebben natuurlijk veel foto's en ook wat filmpjes, maar het duurt zo lang om die te uploaden, dat bewaren we wel voor als we weer thuis zijn. Onze piloot, Dan, was een heerlijke blootvoetse Aussie met een serieuze 'Made in Australia' tattoo op zijn kuit die ons constant 'Guys' noemde. Prachtig.

Nou boppers, genoeg geluld. Over 4 weken is het al weer voorbij. Het gaat zo snel! We missen jullie en ons lieve mooie kikkerlandje, maar we genieten nog veels te veel van alles dat we hier meemaken (sans regen) en het reizen an sich.
Tijd om een biertje te gaan drinken op reizen en het leven!

Tot snel.
Liefs,
Anne en Joris

PS: het foto upload ding leidt een eigen leven..het stond op volgorde maar is nu weer helemaal gehusseld. Sorry! Maar de uitleg erbij geeft aan wat waar is enzo

Wink

Under the Sea

Hallo daar,

Vanuit het tropische Mission Beach, Far North Queensland, laten wij weer van ons horen! We maken jullie graag jaloers door te melden dat het hier heerlijk weer is. Na de kou van het zuiden van Australië genieten we nu weer van klammig tropische hitte. En we blijken er zowaar aan gewend geraakt te zijn. Liever zweten dan rillen in je fleecevest!

Onze vlucht van Melbourne naar Cairns was nog even spannend, want een Japanner werd onwel (hartaanval?) en het zag er even naar uit dat we ergens een noodlanding moesten maken, maar uiteindelijk toch geland in Cairns waar de meneer in kwestie gelijk van boord werd gedragen door ambulancebroeders. Naar..

Frown


Cairns is een backpackersparadijs met overal pubs en vreetschuren. Elke avond is er wel ergens een Wet T-Shirt Contest of Ladies Night en tot onze verbazing zijn er ook heel veel sex shops. Die hadden we hier nog niet gezien. De stad zelf is niet echt boeiend, het is meer een groot uitgevallen dorp, net als Darwin. Cairns moet het vooral hebben van alle prachtige regenwouden en National Parks in de omgeving, waaronder het Great Barrier Reef.

Na twee dagen Cairns pikten wij onze huurauto op (een hele saaie leasebak, een zilveren Holden Epica.. we voelen ons net vertegenwoordigers in de relatiegeschenkenbranche!) en zijn we doorgereden naar kustplaats Port Douglas, met een stop in het dorpje Kuranda waar je met een SkyRail boven het regenwoud zweeft. Mega toeristisch (lees: mega duur) maar wel tof om te doen, je ziet het regenwoud zo heel anders en natuurlijk waren er meerdere stops onderweg waar je over een keurig aangelegde 'boardwalk' een stukje kon lopen naar verschillende uitkijkpunten. Australiërs zijn gek op boardwalks, werkelijk overal kom je zo'n planken constructie tegen waarmee je een uitgestippeld pad door het bos kunt afleggen..stel je voor dat je zelf OP het bospad loopt!
Tongue out
Onderweg kom je meerdere informatieborden tegen zodat je ook wat opsteekt van je uitje.

Port Douglas is een leuk kustplaatsje met een prachtig strand en vooral heel veel aanbieders voor trips naar het Great Barrier Reef; onze reden om hier een paar dagen te verblijven. Een snorkeltripje in Australië is natuurlijk wel even wat anders dan in Indonesië, waar we in een gammel houten vissersbootje met twee Duitsers het rif op gingen (geweldig!). Hier gingen we met de Silversonic: een enorme catamaran waar slechts 90 personen op kunnen. Wij vinden dat druk, maar het is hier een van de kleinere boten. Hét voordeel van een grote boot: we zijn voor het eerst geen van beiden zeeziek geworden, dat is in ons geval zeer uitzonderlijk!

Joor ging natuurlijk duiken en Anne ging snorkellen. Het Great Barrier Reef is inderdaad super mooi. Enorm veel koraal, in prachtige kleuren en zo diep en uitgestrekt. Niet voor te stellen. Wel zijn hier veel minder visjes dan in Indonesië. Al heeft Anne hier wel voor het eerst Nemo gezien! Omdat hier hele enge beesten voorkomen in de zee, werd ons aangeraden een stingersuit aan te trekken. Een lycra wetsuit tegen de stingers, waar het bijna weer seizoen voor is. Stingers zijn ordinaire super kwallen waar je behoorlijk last van kunt hebben. Er is er zelfs een waar je dood aan kunt gaan.. brrrr.. De stingersuits waren overigens erg charmant, zie de foto's, het is een soort van 'Bob en Annie de Rooij Aan Zee'. Joor heeft een onderwatercamera gehuurd dus we hebben veel materiaal voor jullie om te bekijken. En omdat we van zoveel mensen fotoruimte hebben gekregen, kunnen we helemaal los gaan met foto's
Laughing
bedankt!

Na Port Douglas zijn we nog een stukje noordelijker gereden naar Daintree National Park. Daintree is het oudste regenwoud ter wereld en het doet de slogan voor Far North Queensland absoluut eer aan: 'Where the rainforest meets the reef.' Zo mooi, het ene moment loop je door het dichte regenwoud en opeens sta je op een idyllisch strand. Je ziet jezelf er wel wonen..totdat je weer ergens een enorme spin letterlijk bijna tegen het lijf loopt! En zwemmen in die mooie zee kan ook al niet vanwege de crocs en stingers. Brr..wij zijn veels te bange poeperds voor al die enge beesten hier in Australië.
Maar het is echt een prachtige omgeving waar we verbleven in de Farmstay van Dawn Gray. Een heerlijk druk vrouwtje dat ons de oren van de kop kletste en ons helemaal in de watten legde met tropische fruitontbijtjes en koppen thee.

Na Daintree vervolgden we onze weg door het achterland van Cairns, de Atherton Tablelands. Weer heel anders dan Daintree, glooiend heuvellandschap, echt boer'nland, met heel veel watervallen en ook wat regenwoud. Al is het meeste door de eerste Europeanen weggevaagd om agrarisch land te creeëren.

Nu zitten we in het heerlijke Mission Beach. In een cabin direct aan het strand en chillen we een dagje heel hard... Zodat we morgen weer een paar boardwalks aan kunnen
Cool

Liefs,
Anne en Joris

Live is life

Hallo Holland,

Melbourne meldt zich in jullie toekomst! Met de kilometers die we hebben gereden is ook de tijd weer een stuk vooruit gegaan en we leven nu exact tien uur later dan NL. En dat merken we in de nacht als onze telefoon ons wakker allarmeerd met een fel blauw licht dat door de kamer flitst en aangeeft dat we een sms hebben ontvangen.

De reis naar Melbourne was door een stuk van Australië waar we ons van tevoren niet over ingelezen hadden. Kangaroo Island in South Australia stond op het programma, maar toen we lazen dat de ferry daar naartoe ruim 350 dollar zou gaan kosten (en het is net zo'n pokke stukje als met de Teso naar Tekzel!) besloten we dit eiland over te slaan en koers te zetten naar de volgende wijnregio, McLaren Vale. Na onze overdosis in de Barossa Valley zijn we hier naar slechts twee wijnboertjes geweest, Rosemount en Hardys. Op de camping kwamen we een gezellige bierbuik tegen die samen met zijn vrouw vier jaar door Australië reist en deze ervaring graag met ons deelde. Het was een beetje type Sjonnie & Willie van Jiskefet, met trainingpak en gouden kettingen.

In South Australia zagen we voor het eerst in lange tijd weer de zee en we hoopten nog een walvis te kunnen spotten die hier enkele maanden voor de kust jongen krijgen en vervolgens naar Antartica verhuizen. We waren helaas net te laat in het seizoen, dus zijn ze net misgelopen.

Op de weg naar Portland, waar Anne haar oud-oom en tante wonen, reden we langs de kust langs een gebied waar veel kreeft wordt gevangen. Maar net als de walvissen zijn de kreeften momenteel ook niet in seizoen. We hebben wel de grootste kreeft ter wereld gezien, Larry the Lobster, van 18 meter hoog!

Via Mount Gambier kwamen we vrijdag in Portland aan bij Tante Nelly en Ome Cor. We werden geweldig ontvangen en ze hebben ons heerlijk een paar dagen in de watten gelegd. We luisterden naar prachtige verhalen over alle trips die zij door Australië hebben gemaakt, toe de wegen nog onverhard waren en de omstandigheden een stuk primitiever. Na een prachtige wandeling in de buurt van Portland gaven de fur seals een leuke show op de rotsen onder ons, waarna we in de 4 wheel drive van Oom Cor de omgeving verkenden. Heerlijk om ook weer even in een echt bed te slapen na al die weken in de camper. Oom Cor is een fervent gem-digger die al jaren de mooiste edelstenen uit de grond trekt in heel Australië. Anne mocht even shoppen in de workshop en heeft een prachtige groene saffier uitgezocht, geslepen en wel, die in een ring gezet kan worden.

Maandag zijn we in Melbourne aangekomen, waar onze vakantie naar Australië in 2007 begon. Destijds vonden we het al een toffe stad die een beetje Europees aandoet met de trams die door de straten rollen en ook nu voelen we ons hier op ons gemak. Vanmiddag zijn we naar de Melbourne Cricket Ground gelopen en hebben we zowaar een een amateur cricketwedstrijd kunnen kijken. Een enorm rond stadion waar 100.000 mensen in kunnen. Het deed ons gelijk denken aan de sketch van Jiskefet waar ze een parodie op cricket spelen. We hebben het filmpje toegevoegd!

Morgen vliegen we naar Cairns in het Noordoosten. Het weer is daar weer wat warmer, dus dan kunnen we de korte broeken en slippers weer aan in plaats van spijkerbroeken, vleeschvesten en dikke boots. Al hebben we gister wel moeilijk hippe gympen gescoord waardoor we ons weer een beetje meer leuke twintigers voelen in plaats van praktisch geklede toeristen.

Dikke koesjes vanuit Mellie!

Joris en Anne

PS: onze fotoruimte is bijna op dus tenzij een Barmhartige Samaritaan onder jullie ons wat fotoruimte schenkt kunnen wij jullie niet meer verblijden met mooie kiekjes.. ;-)

Met de vlam in de pijp

Hallo daar!

Met inmiddels ruim 5000 kilometer op de teller en na de Outback doorgecrosst te zijn is het weer hoog tijd voor een update.

Na Katherine volgde een immens stuk Outback. Niets-land met zo ver als je kunt zien hetzelfde landschap. Af en toe passeer je een andere auto en dan zwaai je gemoedelijk naar elkaar. Elke 200 kilometer rijd je langs een dorpje dat eigenlijk alleen bestaat uit een veredeld tankstation dat ook dienstdoet als hotel, pub, postkantoor en camping. Ook kom je geregeld langs roadsigns die je waarschuwen voor moeheid met teksten als “Drowsy Drivers Die!” en “Survive This Drive!”, kortom: tijd voor een break volgens de overheid. Onderweg kom je op elke nachtstop dezelfde campertjes tegen, want iedereen gaat of de ene, of de andere kant op en stopt op nagenoeg dezelfde plekken. Zo reden wij honderden kilometers mee met een camper die ‘Daisy’ heette. De Outback vonden we in 2007 al ontzagwekkend en boeiend. Ook nu was het weer een bijzondere ervaring om die afstanden te maken, al was het wel erg veel gassen.

De grootste stad die je tegenkomt op deze route ligt zo ongeveer precies in het midden van Australië: Alice Springs. Een behoorlijke stad voor die contreien en leuk om een paar dagen rond te kijken. In de nabijgelegen MacDonnell Ranges hebben we gewandeld. Erg indrukwekkend en ruig landschap, met droge rivierbeddingen en toch redelijk wat begroeiing.

Na Alice volgde een logische en beroemde stop: Uluru, vroeger ook wel Ayers Rock genoemd maar al jaren worden de Aboriginal namen voor de regio weer gebruikt. We kwamen er trouwens achter de we het ons hele leven al verkeerd uitspreken. Het is oeloeroe, met de klemtoon op het eind. In plaats van oeloeroe, waar wij het altijd over hadden. Weer wat geleerd.

De dag dat wij aankwamen bij Uluru hing er een enorme regenbui in de lucht. Regen is heel bijzonder in centraal Australië, een van de droogste regios van de wereld, en al helemaal in het voorjaar. Maar inderdaad, binnen de kortste keren zeek het van de regen en stond de halve camping blank. De locals vonden het prachtig, wij konden alleen maar balen als chagrijnige Hollanders. Ordinaire regen hebben we thuis ook wel ja! De beroemde, prachtige zonsondergang van de plaatjes viel letterlijk in het water.. waar hebben we dat eerder meegemaakt?? Regen is een rode (of blauwe) draad tijdens onze reis en we horen overal waar we komen dat het normaal niet zoveel regent deze tijd van het jaar. Het klimaat is in de war zullen we maar zeggen.

De onweers- en regenbuien leverden overigens toch ook wel mooie plaatjes op en het grote voordeel was dat we de wandeling om Uluru heen (3 uur) in een heerlijk frisse 22 graden liepen en het was lekker rustig. Wel modderig.


Mijnstad Coober Pedy was het volgende plaatsje van betekenis. Coober Pedy levert ruim 70% van de Australische opaalindustrie, en Australië op haar beurt is weer goed voor 95% van de opaalwinning ter wereld. Coober Pedy is eigenlijk een heel vreemd dorpje, midden in de woestijnachtige Outback, waar meer dan 80 nationaliteiten wonen die allemaal de kolder in hun kop hebben om dat kostbare opaal te vinden. Het is er het merendeel van het jaar verschrikkelijk heet dus men woont veelal ondergronds. Je struikelt er logischerwijs over de opaalwinkeltjes en verder is er natuurlijk eigenlijk geen zak te beleven. Een leuk bezoekje was het opvanghuis voor weeskangarootjes, Joeys genaamd. Waar Anne een baby Roo mocht vasthouden.. lief!

Na Coober Pedy kwamen we eindelijk wat meer in de bewoonde wereld, in de prachtige Flinders Ranges. Het is officieel nog Outback, maar niet te vergelijken met het droge Coober Pedy of de ruige MacDonnells. Dit is een van de mooiste gebieden waar we tot nog toe geweest zijn in Australië, waar je mooi kunt wandelen, al is het wel behoorlijk toeristisch (lees: druk).

Na Flinders kwamen we aan op onze laatste stop voor Adelaide. Een plek die onze Bourgondische hartjes heel veel sneller deed kloppen: de Barossa Valley! Jullie wellicht bekend van wijnen als Jacob’s Creek en Penfolds. De Barossa is inmiddels een van de 5 belangrijkste wijnregio’s ter wereld en is ooit gesticht door Duitsers. Dus veel Deutsche invloeden, veel brattwursten und mettwursten und so weiter. De Barossa deed ons qua landschap denken aan Engeland. Glooiende heuvels en schattige dorpjes. Ook de dikke bewolking en vieze miezerregen had Brits kunnen zijn, maar net zo goed Nederlands. Het is hier in het zuiden nog vroeg in het voorjaar dus nog behoorlijk koud en regenachtig. De fleecevesten en windjacks komen goed van pas en we hebben de verwarming aan in de camper..brrr..

Het weer mocht de pret echter niet drukken want in de Barossa hebben ze “het begrepen”, zoals wij tegen elkaar zeggen. Als we ergens in Australië moesten wonen, was het hier. Overal heerlijke eettentjes, goede koffie, een heus kaasboerderinnetje ontdekt (Anne was erg blij) en héél véél hele lekkere wijn!

De afgelopen 3 dagen stonden in het teken van dit alles en nu zijn we er dan ook wel weer klaar mee. Een beetje net als met kerst; je kijkt er naar uit, je geniet enorm van de overdaad maar al snel kán je niet meer.

We zijn natuurlijk gaan kijken bij Jacob’s Creek, dat is uitgegroeid tot een multimediaal interactief marketingconcept inclusief wandelpaden, informatieborden, “Visitors Centre” en gelikt restaurant. Ons marketingcommunicatie-hart snapte het helemaal, maar als toerist misten we de charme van een kneuterig wijnboertje. Die andere grote naam, Penfolds, heeft haar charme nog wel en daar hebben we de Make Your Own Blend ervaring gedaan. Het is wat de naam doet vermoeden; je gaat je eigen wijn maken uit Grenache, Mourvedre en Shiraz wijn. Het was super leuk om te doen. In een labjas ga je het lab in waar de wijnmakers zelf ook de wijnen samenstellen. Na een korte uitleg gingen we aan de slag. Je maakt drie verschillende mengsels en de beste mag je mee naar huis nemen. Mét een gepersonaliseerd etiketje! Het is natuurlijk ook super kitsch en gelikt maar wij vonden het prachtig.


Eerder vandaag zijn we aangekomen in Adelaide waar we in ieder geval tot maandag zitten. Na de enorme kilometers die we gemaakt hebben in dat niemandsland is het eventjes heerlijk om weer in een stad te zijn en vanaf nu rijden we niet meer dan een paar uur per dag, ook fijn.

Maandag over een week leveren we de camper alweer in, in Melbourne. De 27e vliegen we van Melbourne naar Cairns. Het laatste deel van onze reis gaat daar van start. Gek, de tijd vliegt voorbij maar het voelt helemaal niet alsof we al zo lang weg zijn, of dat we al over de helft zijn. Tijd is een vreemd begrip op reis. Wel merken we dat we hier in Australië meer aan thuis denken. Misschien dat het de Westerse dingen zijn, of misschien was Indonesië gewoon zo nieuw voor ons dat we veel te druk daar mee waren om aan thuis te denken. Of misschien komt het toch doordat we al bijna 11 weken op pad zijn, al voelt dat niet zo. Een ding is wel zeker voor ons: we genieten nog elke dag! Maar die regen moet nu wel kappen ja!

Liefs,

Anne en Joris

Land Downunder

G'day Holland!

We zijn nu een week in Australia en schrijven dit blog vanuit Katherine. Een ‘grote' plaats hier in de outback. (wel ruim 5000 inwoners)

De eerste dagen waren we in Darwin. Deze stad is in de tweede wereldoorlog flink getroffen, dus alle bebouwing is nieuw met een strak aangelegd havengebied voor cruiseschepen. Het deed ons een beetje denken aan Almere, niet echt heel inspirerend. De hoofdstraat (Mitchell street) was het ‘main event' met veel pubs, terrassen en discotheken waar de jongeren uit de omgeving ‘s nachts dronken over straat lallen.

Op zondag heben we de Mindil Beach Sunset Market bezocht met allerlei leuke kraampjes waar vooral veel gegeten werd. Van Griekse souvlaki tot Thaise curry en hamburgers, alles was aanwezig. Voor de Australiërs een echt uitje waar de campingtafel en stoelen voor uit de kast gehaald worden. Erg leuk om hier rond te wandelen, de prachtige outback Jack hoeden en de eerste Aboriginal art te bekijken.

Afgelopen zaterdag hebben we onze camper opgehaald. Een 5 meter lange, ruim 3 meter hoge Ford Transit... een enorme bak dus! Anderhalf uur rijden kwamen we aan in Litchfield National Park. De tassen uitgepakt en alle kastjes in de bus gevuld. Heerlijk om alles uit de tas te halen en een aantal weken even niet uit één tas te hoeven leven!

In Litchfield hebben we heerlijk heet gewandeld rond verschillende watervallen waar we na de wandeling een duik namen in de ‘plunge pool'. Het is hier ook weer erg warm, maar wel een andere hitte dan in Indonesia, veel droger en gek genoeg zweten we hier nog meer!

Na Litchfield zijn we richting Kakadu National Park gereden. Kakadu is het grootste National Park in Australia, ruim 20.000 km2 en staat bekend om haar vele zout- en zoetwater krokodillen in de rivieren en billabongs. Onze eerste stop was dan ook voor een crocodile cruise op de Adelaide River. Heel gaaf om die beesten in het wild te zien. Om er een mooie show van te maken hengelde een echte Aussie Sheila wat hompen varken uit de boot om de krokodillen te lokken en ze uit het water te laten springen vlak voor onze neus. Onze favoriet was een 5 meter lange croc, genaamd Burger...

In Jabiru, de hoofdplaats van Kakadu, sloegen we onze spullen op om vanuit daar het park te verkennen. We hebben een paar mooie, korte wandelingen gemaakt en veel mooie Aboriginal Art gezien van duizenden jaren oud, heel indrukwekkend om te bedenken dat die mensen hier toen ook al leefden.

De campings zijn hier heel goed. De ‘washokken' zijn schoon en je hoeft niet eens met je pleerol onder je arm naar de WC te lopen, alles is aanwezig. Net als alles in Australia zijn de plekken groot. Het leukste aan de campings is de aanwezigheid van talloze barbecues om 's avonds de enorme lappen vlees op dicht te braden, daar maken we graag gebruik van!

We gaan nu steeds dieper de Outback in, internet en mobiel bereik zijn hier schaars, dus soms ontvangen we jullie smsjes een aantal dagen later. Maar we vinden het wel heel leuk om berichten uit NL te ontvangen!

We hebben het trieste nieuws over de formatie helaas wel ontvangen, dus we gaan maar eens goed nadenken of we wel terug willen keren naar PVV-Nederland. We dachten aan een leuk kaasboerderijtje hier, want de Hollandse kaas missen we (Anne vooral) wel heel erg!

Vanuit Alice Springs hopen we weer nieuwe avonturen met jullie te kunnen delen.

‘Good on ya'

Kisses from Oz